Onkruidenier projecten

08
Kan een bodem na 100 jaar nog sporen bevatten van een overstroming?

Waterlandse vloed, 1916

In het herdenkingsjaar 2016 is het precies 100 jaar geleden dat in Amsterdam Noord een grote dijkdoorbraak het veenlandschap van Waterland liet overstromen. De overstroming van 1916 was tot een paar jaar terug een naamloze stormvloed, maar heeft in het herdenkingsjaar van 2016 de naam Waterlandse Vloed gekregen. De Zuiderzee barstte uit haar voegen en liet een spoor van vernieling achter. Maanden lang stonden weilanden onder water. Om de herinnering aan deze doorbraak tastbaar terug te vinden in het Waterlandse landschap, begon de Onkruidenier een zoektocht naar het zout van de vloed. Kunnen we het Zuiderzeezout van 100 jaar geleden nog terugvinden? En welke zoutminnende planten indiceren de zoute tranen in het landschap? Om zoutminnende plantensoorten te vinden zijn we op expeditie gegaan met wetenschapper en bioloog Claud Biemans langs de Durgerdammerdijk in Amsterdam Noord en kwamen we in contact met ecoloog Ed Buijs, werkzaam bij de gemeente Amsterdam.

Claud heeft in het verleden wel tellingen van plantensoorten gedaan in dit gebied voor Floron en nam ons graag mee op pad. Tijdens de verkenningen met Claud troffen we de echte heemst aan ter hoogte van de Durgerdammerdijk 114. Hoe komt deze verloren en eenzame heemst aan zout? En weet de plant zich staande te houden in een strak groen talud van gemaaid gras? De standplaats van onze vondst gaf aanleiding voor meer vragen dan antwoorden. 

De heemst plant werd een belangrijke stop tijdens expedities op de fiets in Waterland. De bewoner van het huis op de Durgerdammerdijk 114 raakte nieuwsgierig waarom we telkens bij ‘haar’ plant stopten. We raakten aan de praat met de  dame van bijna honderd jaar oud en zo lang ze zich kon herinneren ontfermt ze zich over de heemst plant. Ze weet precies wanneer de maaimachine van de gemeente langskomt en zorgt er sinds jaar en dag voor dat de plant niet wordt weggemaaid. Door deze band tussen de heemst en deze dame kunnen we de plant tussen het gras in de dijk nog aantreffen. 

De zilte invloed van de zee reikt veel verder dan we veronderstellen. In de overgang tussen water en land ontmoeten zoet- en zoutwater systemen elkaar. Hier is het brak. De perfecte leefomgeving voor de heemst, die ervan houdt om te groeien in brakke rietmoerassen. Deze brakke watersystemen raken uitgestorven in het Nederlandse landschap; een mengvorm waar de invloed van de zee met haar getijden zijn gereduceerd tot harde grenzen in de vorm van dijken, dammen of waterkeringen. 

Wanneer je kijkt naar de verspreiding van heemst in Nederland, dan worden er veel waarnemingen genoteerd in Zeeland en langs de kust. De heemst, die in het Engels ook wel marshmallow heet, is een indicator van zout in de bodem. Na de vloed in Waterland zijn exemplaren van heemst ook aangetroffen in Waterland. Vooral langs de oude zeedijk in Durgerdam en aan de kant van het Noordhollandsch Kanaal zijn veel exemplaren gevonden. Volledig gegrepen door de Engelse naam van de heemst begon een zoektocht naar de herkomst van de marshmallow. Dit bracht ons terug naar de tijden van de Egyptenaren, die de wortels van de heemst verzamelden langs de ziltige Nijloevers. Het sap uit de wortels van de heemst werd gewonnen door ze te stampen. Vervolgens werd dit heemstwortelsap gemengd met eiwit en honing.

Een verkenning in het veenweidelandschap van Waterland met ecoloog Ed Buis leidde tot een langdurige fascinatie voor lisdodde. De verwondering begon tijdens een gesprek over de tegenstrijdigheden die we aantroffen in het landschap van Waterland in relatie tot het kunstmatige lage waterpeil in de polder. Wanneer het grondwaterpeil laag wordt gehouden heeft dit voordelen voor de graslanden en de veeteelt. Echter zorgt een lager grondwaterpeil voor de snellere afbraak van het veenpakket, met gevolg een bodemdaling en CO2 uitstoot. De lokale bewoners vertellen dikwijls dat ze leven op dik water, doelend op het zachte en zwarte waterige veenpakket waarop ze wonen. Een landschap dat door haar huidige gebruik te maken heeft met een beperkte houdbaarheid. Hoe lang kan dit agrarische landschap zich nog staande houden? Wanneer het waterpeil hoger wordt gehouden verandert de samenstelling en gebruik van de graslanden. Water en planten die daar van houden, zoals de lisdodde, zijn kansrijke definiërende bouwstenen voor de toekomst van dit landschap, aldus Ed Buijs.

In 2016 schreef culinair journalist en schrijver Laura de Grave een verhaal over het onderzoek van de Onkruidenier voor haar Amsterdams Kookboek. Jonmar van Vlijmen nam Laura mee naar het zinkende landschap van Waterland en deelde een door de Onkruidenier ontwikkeld recept voor een Waterlands Duiveltje.

De uitdaging die dit veenweide landschap met zich meedraagt is dat het met ongeveer één centimeter per jaar zakt. Door het huidig afwateringsysteem liggen sommige percelen lager dan andere. Door het landgebruik, in de vorm van veeteelt, moeten percelen een relatief lage waterstand hebben waardoor het veen blijft inklinken. Hoe zullen we hier in de toekomst mee om gaan? Als het landschap steeds natter wordt welke planten komen er dan voor? Welke vormen van landgebruik zullen er ontstaan? De engelwortel zullen we ongetwijfeld blijven aantreffen. 

Zoekend naar historische toepassingen van de engelwortel in relatie tot het Waterlandse landschap kwamen we op het spoor van de scheepsbitters. Engelwortel werd voorheen vaak door een scheepsarts meegenomen aan boord van een schip om de wortel vervolgens in rum of jenever te leggen en de maagversterkende werking oplossen in de alcohol. Toen men ontdekte dat dit medicijn nog lekkerder smaakte met specerijen en suiker, werden de plant een geliefd ingrediënt van de bekende scheepsbittertjes.

Recept voor Waterlands Duiveltje
(door de Onkruidenier)

Doe in stukjes gesneden engelwortel in een glazen weckpot, samen met de kruidnagel, kardemom en voeg eventueel kalmoeswortel toe. Overgiet met de alcohol en laat vervolgens op een warme plek trekken. Filtreer na vier weken de inhoud van de weckpot. Verwarm water en los suiker op. Laat dit koken om de suiker te klaren en laat afkoelen. Meng het suikerwater met de likeur in wording in de weckpot. Na drie maanden is de likeur klaar om te drinken. De likeur is nu 8 jaar houdbaar. Serveer de angelica-likeur zo of als Waterlands Duiveltje in de verhouding 1:1 met verse rauwe melk of room. Doordat je geen middelen toevoegt die de smaak stabiliseren, kan de smaak van angelica-likeur met de maand verschillen. 

Ingrediënten 
1 verse engelwortel, geschild, in stukjes
1 kruidnagel
1 kardemompeul
wortel van kalmoes (optioneel) 
Kalmoes is een waterplant die je kunt vinden langs de kant van de sloot.
1 liter jenever, wodka of brandewijn
200 ml water
100 g suiker

Benodigdheden
Weckpot van 2 liter



Terug naar top