Ruimtelijke huisstijl voor de Onkruidenier

In 2016 ontwikkelden Overtreders W en de Onkruidenier de Veldwerkplaats; een mobiele werkplaats die ieder facet tussen het verzamelen van wilde planten en het verwerken tot levensmiddelen faciliteert.

De veldwerkplaats is helemaal gebouwd van in Nederland voorkomende onkruiden: de basisconstructie is gemaakt van hout van de ­douglasspar, een boom die van oorsprong in Noord Amerika groeit en vanaf de 19e eeuw werd aangeplant in Nederland vanwege de goede eigenschappen van het hout. Later is de boom verwilderd, het is nu een algemeen in Nederland voorkomende boomsoort. De droogkast heeft wanden van wilgentenen van de schietwilg, een inheemse Nederlandse soort die van oudsher gebruikt werd voor ­vlechtwerk.

De daken op de droogkast en de veldkeuken zijn van linnen zeildoek (linnen wordt gemaakt van vlas) geïmpregneerd met vernis op basis van lijnolie (ook gemaakt van vlas), terpentijn en hars (beide afkomstig uit naaldbomen). De Veldwerkplaats is gebouwd van onkruid en laat zo als object zien waar De Onkruidenier voor staat.

Tijdens de zomerexpositie BAL! op Paleis Soestdijk is de Veldwerkplaats op Koninklijke wijze in gebruik genomen tussen de wilde planten, die Koningin Juliana graag zag rondom de hofvijver.

Vanaf het voorjaar van 2017 nam de Onkruidenier de Veldwerkplaats mee op tournee door Nederland om een archief samen te stellen van Nederlandse bruikbare wilde planten. Op iedere lokatie werd de lokale vegetatie het uitgangspunt voor het ontwikkelen van nieuwe toepassingsmogelijkheden van lokaal voorkomende planten die gepresenteerd werden aan een breed publiek. Met deze verhalen, kennis en recepten van wilde planten is langzamerhand een omvangrijke verzameling te ontstaan.

Paleis Soestdijk

Verrukkelijk Onkruid

Op zaterdag 23 juli 2016 hebben we onze nieuwe Veldwerkplaats in gebruik genomen in de tuin van Paleis Soestdijk. We startten de inwijding met een kopje paleistuinthee en een presentatie door de ontwerpers van de mobiele werkplaats; Hester van Dijk en Reinder Bakker, die ons vertelden over het ontwerpproces en het gebruik van inheemse planten in het materiaalgebruik.

Vervolgens verdeelden we de knapzakken en gingen we op pad. In de tuin kwamen we verschillende bruikbare planten tegen en stonden even stil om te proeven van de schapenzuring, de hosta’s en de daglelies. Er moest natuurlijk ook een beetje gewerkt worden. Dus voordat we terugkwamen bij de Veldwerkplaats, plukten we nog wat hondsdraf om daar vervolgens lekkere Parkpesto’s van te maken. Na dat ‘harde’ werken was het tijd voor hapje en een drankje; broodje bloemenboter, Oranjebittertje, Bessenjener (favoriet van Koningin Juliana). Wat hadden we geluk met het heerlijke weer!